Waarom het 'ontslag' van een voetbaltrainer juridisch geen ontslag is

De arbeidscontracten van voetbaltrainers juridisch ontleed door advocaat Linda de Wit

Inmiddels lijkt de hand van John Heitinga zijn werk te doen bij Ajax. Met drie achtereenvolgende overwinningen in de competitie lijkt de koers omhoog weer te zijn ingezet. Hierdoor zou je bijna vergeten dat het enkele weken geleden nog crisis was bij de Amsterdamse voetbalclub. De toenmalige hoofdtrainer, Alfred Schreuder, moest de teleurstellende resultaten uiteindelijk bekopen met een vroegtijdig afscheid. “Ajax ontslaat trainer”, luidden de diverse krantenkoppen. Maar klopt dat wel? Heeft Ajax de toenmalige trainer ontslagen of zit het juridisch toch wat anders in elkaar?

Advocaat Linda de Wit van Vissers Legal belicht in deze bijdrage het vroegtijdig vertrek van de toenmalige trainer bij Ajax vanuit juridisch perspectief, waarbij in het bijzonder aandacht wordt geschonken aan de ketenregeling.

Arbeidsrecht in de sport

Om te bezien hoe wij denken dat Ajax afscheid heeft genomen van haar toenmalige trainer, moeten we eerst een stap terug. Want wat voor verhouding bestond er tussen de trainer en Ajax?

Professionele sporters, trainers en coaches zijn vaak in dienst bij sportorganisaties en clubs op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Zo’n arbeidsovereenkomst is in de regel niet tussentijds opzegbaar. De achterliggende gedachte daarvan is dat partijen niet ‘zomaar’ van elkaar af kunnen als de sportieve prestaties even tegenvallen, maar ook dat de sporter niet van club kan hoppen als de arbeidsvoorwaarden bij een andere club net even beter zijn.

Het voorgaande brengt met zich mee, dat de relatie tussen de sporter en de club wordt beheerst door het arbeidsrecht. Het specifieke en bijzondere karakter van de samenwerking tussen de sporter en de club brengt echter mee dat afwijking van het reguliere arbeidsrecht in de sport nodig is.

De ketenregeling

In het licht van het afscheid van de trainer, is het van belang om te kijken naar de ketenregeling. Deze ketenregeling houdt in dat, wanneer er drie arbeidsovereenkomsten zijn gesloten (met tussenpozen van ten hoogste drie maanden) en deze drie overeenkomsten een duur van 24 maanden hebben overschreven, de laatste overeenkomst een overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd. Deze type arbeidsovereenkomsten zijn in de sport onwenselijk. Dit zou immers betekenen dat, als er geen redelijke grondslag is voor de werkgever om de arbeidsovereenkomst op te zeggen en de werknemer niet zelf opzegt, de werknemer in dienst blijft tot het pensioen. Dat is in de sport een ondoenlijk idee; sporters zullen doorgaans tot hun pensioen niet dezelfde inspanningen en prestaties kunnen blijven leveren.

Bijzondere functie

Dat heeft de wetgever ook gesignaleerd. Om die reden kan er in bepaalde gevallen van de ketenregeling worden afgeweken en soms zelfs uitgesloten. Uitsluiting kan echter alleen maar plaatsvinden voor bijzondere functies, die door de minister zijn bepaald. Gelukkig (of ongelukkig) voor de trainers/coaches die werkzaam zijn in de sectie betaald voetbal van de KNVB (let wel: voor deelname aan herencompetities van de sectie betaald voetbal), is hun functie als bijzonder aangemerkt. Met de cao Trainers/Coaches 2019-2022 (hierna: cao Trainers/Coaches) is de toepassing van de ketenregeling dan ook uitgesloten.

Dit betekent dat de toenmalige trainer van Ajax in dienst was van de Amsterdamse voetbalclub op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, die nooit voor onbepaalde tijd kon worden. Hierdoor zou Ajax in eerste instantie van de trainer af kunnen komen door het simpelweg laten verlopen en niet verlengen van de arbeidsovereenkomst. Toch heeft Ajax er voor gekozen vroegtijdig het dienstverband te beëindigen, terwijl wij zojuist hebben besproken dat in de sport arbeidsovereenkomsten niet tussentijds opzegbaar zijn. Hoe zit dat dan?

Beëindiging met wederzijds goedvinden

Wij snappen het. Het is een minder aantrekkelijke krantenkop, maar "Ajax heeft het dienstverband met haar toenmalige trainer met wederzijds goedvinden beëindigd" is in juridische zin juist. Een arbeidsovereenkomst – en dus ook van de toenmalige trainer van Ajax – kan immers enkel beëindigd worden met wederzijds goedvinden. Of met een ontslag op staande voet, maar dat lijkt ons – vanwege de verstrekkende gevolgen en behoorlijke (juridische) complicaties die zo’n ontslag kan hebben – niet voor de hand liggend.

Wederzijds goedvinden dus. Maar zoals het begrip het al zegt, is voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst toestemming van de trainer nodig. En vooral in de voetballerij is er haast bij die toestemming. In de cao Trainers/Coaches is namelijk het volgende opgenomen:

"Partijen zijn van mening dat bij een tussentijdse beëindiging van de arbeidsovereenkomst tussen de Werkgever en de Werknemer overeenstemming dient te zijn bereikt over de afhandeling van de arbeidsovereenkomst met de voormalige Werknemer alvorens een nieuwe trainer/coach wordt gecontracteerd en hij tot het aanvangen van zijn werkzaamheden kan overgaan."

Anders gezegd, een nieuwe trainer kan pas beginnen aan diens werkzaamheden bij de club, als de club met de voormalig trainer overeenstemming heeft bereikt over de beëindiging van het dienstverband. Daarin ligt dus een (groot) risico, omdat – als de trainer en de club er niet uitkomen – er geen nieuwe trainer kan beginnen. Dit, terwijl de wedstrijden wel gewoon doorgaan en het hebben van een trainer noodzakelijk is. Hoe dit in de praktijk wordt opgelost? Doorgaans door het ‘afkopen’ van de arbeidsovereenkomst. De trainer ontvangt dan een vergoeding gelijk aan het bedrag waarop hij recht zou hebben indien de arbeidsovereenkomst zou voortduren, met wellicht nog een extra vergoeding daar bovenop. Of dit ook het geval zal zijn bij het "ontslag" van de toenmalige trainer bij Ajax? Wij denken van wel.

Conclusie

In de sport is het arbeidsrecht dus een complicerende factor waarbij afwijking soms noodzakelijk is. Die afwijkende afspraken kunnen vastgelegd zijn in een cao of regeling, maar kunnen partijen ook samen overeenkomen. Is het in het geval van de trainer dan nog een oplossing om een mogelijkheid tot tussentijd opzeggen in de arbeidsovereenkomst op te nemen? Vanuit juridisch perspectief luidt het antwoord op die vraag bevestigend. Maar daarmee werk je als club wel het risico in de hand dat een trainer binnen een maand zijn arbeidsovereenkomst opzegt om bij een andere club aan de slag te gaan. In de praktijk lijkt dan ook de enige oplossing om met elkaar om de tafel te gaan en er samen uit te komen.

Dit is de eerste aflevering van een maandelijkse rubriek rond sport & recht door de specialisten van Vissers Legal.

Over de auteur

Linda de Wit was werkzaam als advocaat bij Vissers Legal. Vissers Legal is in Nederland hét kantoor op het gebied van het Sport- en Ondernemingsrecht. Ze werken dagelijks met veel liefde voor atleten, sportbedrijven, verenigingen en overheidsinstanties, met één gezamenlijke passie: sport.

Foto boven artikel: sylv1rob1 / Shutterstock.com