'Laat verenigingen niet zwemmen bij de basiseisen sociale veiligheid!'

Sportbonden en gemeenten als goed voorbeeld om aan de slag te gaan met de 4 v’s

Een sociaal veilige sport begint bij een goede basis. Om sportaanbieders hierbij te helpen, hebben de VSG, NOC*NSF en sportbonden samen de basiseisen sociale veiligheid ontwikkeld, samengevat onder de '4 v’s voor veiligheid'. Clubs die aan die vier eisen voldoen creëren een stevig fundament voor een sociaal veilige sportomgeving. Clubs staan zeker niet alleen aan de lat bij deze opdracht. Ook gemeenten en sportbonden spelen een cruciale rol in het overtuigen, informeren en ondersteunen van clubs. “Al deze partijen hebben hetzelfde belang: dat iedereen in een veilige omgeving kan sporten.”

Met de campagne ‘4 v’s voor veiligheid’ roept NOC*NSF gemeenten, sportbonden en clubs op om werk te maken van de vier basiseisen voor sociale veiligheid in de sport. Het gaat daarbij om: het aanvragen van VOG’s voor vrijwilligers die werken met kwetsbare doelgroepen; het implementeren van de verenigingsbrede gedragscode; het aanstellen van een vertrouwenscontactpersoon; en het opleiden van vakkundige trainer-coaches.

Blije leden

Gemeenten kunnen deze basiseisen opnemen in hun lokale beleid en verenigingen actief aansporen en motiveren. Sportbonden spelen een ondersteunende rol en kunnen sportverenigingen motiveren en helpen bij het invoeren van de basiseisen. De Nevobo is een goed voorbeeld van hoe een bond die taak vervult. De volleybalbond is in 2013 begonnen met actief beleid op gebied van VOG’s, vertelt programmamanager Janine Pleizier. "Dat hebben we toen direct voor onze eigen organisatie geregeld voor specifieke functies en dat ook richting clubs als stimulerend beleid aangehouden. We zeggen daar steeds bij: dit beleid is onderdeel van iets groters, want met een VOG alleen ben je er nog niet."

Sociale veiligheid is namelijk iets wezenlijks voor de sport, legt Pleizier uit. "Wij staan ervoor dat je met plezier kunt sporten in een veilige geborgen omgeving, waar je jezelf kunt zijn en waar je je thuis voelt. Waar je met een gerust hart je kinderen achterlaat of zelf kunt sporten. Dat is de kern van sport. Plezier in sport is waar we het allemaal voor doen. Alles wat je doet is gericht op het idee dat je zoveel mogelijk blije leden hebt."

Inzet op professionalisering

Binnen de volleybalsport wordt deze gedachte steeds breder gedeeld. De inzet van de Nevobo op professionalisering helpt daar zeker ook bij. De bond helpt clubs bij de financiering om een professional aan te stellen die kan ondersteunen op specifieke thema’s of vragen. "Wij zien dat veel clubbestuurders aansluiten bij de webinars rond sociale veiligheid. Clubs zijn ook echt de beweging aan het maken om die basiseisen in te voeren."

De Nevobo wil die beweging verder doorzetten en streeft ernaar dat in 2025 alle volleybalclubs de basiseisen ingevoerd hebben. "We zien een stijgende lijn in het aantal clubs dat werk maakt van de basiseisen, dus laten we dat een extra zetje geven . We hebben daarom nu een beleidsvoorstel in voorbereiding om de basiseisen verplicht te stellen voor alle clubs die bij ons zijn aangesloten. We geven hiermee een belangrijk signaal af, waarmee we onderstrepen dat we dit echt belangrijk vinden. We helpen clubs ook om deze basis op orde te krijgen."

Alles ligt al klaar

Dat gemeenten zoals Amsterdam de basiseisen in het beleid koppelen aan subsidies, vindt Pleizier een mooie ontwikkeling. "Gemeenten staan ook relatief dichtbij verenigingen. Het helpt volgens mij als het van allerlei kanten 'voorwaardelijk' verplicht wordt, dan zeggen we met zijn allen: dit is wat we willen, dit is wat normaal moet zijn in sportland."

Of een gemeente de basiseisen nu opneemt in lokaal beleid of niet, het belangrijkste is dat verenigingen op weg worden geholpen. "Je moet ze niet laten zwemmen, maar juist in laten zien dat veel werk al voor ze is gedaan. Er ligt al van alles klaar om aan die eisen te voldoen. Daar kunnen we allemaal bij helpen, de gemeente en de bonden. Als je dat samen doet dan kan dat alleen maar helpen."

Aanpak op maat

Lotte Eising werkt vanuit NOC*NSF als integriteitsmanager voor drie bonden: Koninklijke HandboogSport Nederland (KHSN), het Nederlands Handbal Verbond (NHV) en de Koninklijke Nederlandse Korfbal Verbond (KNKV). De drie bonden waar zij voor werkt denken bij de basiseisen sociale veiligheid vooral aan stimulerend beleid. "Volgens mij heeft iedereen de intentie om een veilige sportomgeving te creëren. Wie wil dat nu niet?" De handboogsportbond hanteert een op maat gerichte aanpak om verenigingen zo goed mogelijk te faciliteren. "De ene vereniging is bewust van het onderwerp een kan zelfstandig aan de slag. Een andere vereniging kan meer ondersteuning nodig hebben bij de praktische implementatie, zoals: hoe vraag ik een VOG aan? Het kan ook dat een vereniging juist een persoonlijk gesprek nodig heeft om barrières weg te halen."

"Een gemeente kan goed lokaal organiseren en wij hebben als bonden meer een rol in de preventie. Dit is een belangrijke samenwerking"

Lotte Eising - NOC*NSF

Binnen de handboogsport staat het thema veilig sportklimaat hoog op de agenda. De bond communiceert hier al langer structureel over richting verenigingen via allerlei kanalen. Het is nu de taak van Eising om te achterhalen hoe ze meer verenigingen kan laten aansluiten. Zij ziet al positieve resultaten: "Afgelopen jaar hebben 40 nieuwe verenigingen deelgenomen aan de gratis VOG-regeling. Dat is ten opzichte van het jaar ervoor een verdubbeling. We blijven de overige verenigingen zoveel mogelijk informeren en gericht helpen."

Gedeeld belang

Bij alle drie de bonden zet Eising in op het inspelen van de behoefte van verenigingsbestuurders. Ze weet daardoor ook dat het voor verenigingen belangrijk is om de drempel te verlagen. "Ze willen zo praktisch mogelijk weten wat je moet doen als je een VCP wil aanstellen, hoe zo’n VOG werkt van aanvraag tot inregelen. De kracht van herhaling is in mijn ogen echt belangrijk bij de basiseisen. Dat is ook het effect van de VOG-regeling bij handboog: we hebben continu aandacht gegeven aan die regeling en nu zie je dat het de vruchten afwerpt."

Eising denkt dat het goed is dat nu steeds meer vanuit verschillende hoeken aandacht is voor sociale veiligheid in de sport. "Een gemeente kan goed lokaal organiseren en wij hebben als bonden meer een rol in de preventie. Ik denk dat dit een belangrijke samenwerking is. Deze partijen hebben hetzelfde belang: dat iedereen in een veilige sportomgeving kan sporten."

Ga voor meer informatie en al het beschikbare materiaal naar: www.nocnsf.nl/nederland-sport-veilig