Het toevalstrefferleven van Frank Kramer

Met Frank Kramer in de buurt gebeurt er altijd wat. Wie daarbij vooral denkt aan de knal waarmee hij bij Eurosport afgelopen jaar een einde maakte aan zijn 25 jaar als voetbalcommentator, moet zeker zijn biografie ‘Eeuwig op de vlucht’ lezen. NOS-sportcommentator Philip Kooke tekent daarin het leven van Kramer op dat alle kanten op ging: hij was presentator van spelshows als Boggle en Hints, had een nummer-1 hit en werkte ook nog als steward bij Lufthansa.

Veel overkwam Frank Kramer, zoals de ondertitel 'Een toevalstreffersleven' het treffend omschrijft, behalve zijn liefde voor voetbal. Dat wordt eigenlijk meteen in het boek duidelijk als het over zijn jeugd gaat. Het eindeloos voetballen tegen muurtjes is dan al een vlucht. Voor zijn strenge vader, voor gesmak, geslurp, het ophalen van een neus of andere harde geluiden. Kramer is dan ook maar wat blij als hij als negenjarige Frank eindelijk mag voetballen bij RKAVIC. Het is niet vreemd dat in het clubhuis van die Amstelveense club in december zijn boek werd gepresenteerd. Daar werd de zijn voetballiefde geboren.

Walking Football

Dat die passie voor voetbal ruim vijftig jaar later niet is verdwenen blijkt wel uit een scène uit het heden, waarin Kooke zijn onderwerp tijdens zijn wekelijkse potje ‘Walking football beschrijft:

‘Een paar seconden per week voelt hij zich weer als destijds. Die gelukzaligheid overvalt hem tijdens zijn wekelijkse uurtje ‘walking football’ in Volendam. Daar speelt hij met zestigplussers die, net als hij, het niet willen opgeven. Nog even niet. Hij leeft al op als hij er naartoe rijdt. Volendam is zijn tweede thuis. Ze kennen hem daar, en hij kent hen.

De kleedkamer in, beetje lullen, gevat reageren, wat vriendelijker dan vroeger afzeiken, zweten, gezamenlijk douchen. Net als toen. Het lijf is vergankelijk, de wil om te winnen onveranderd. Er wordt vals geteld, overtredingen worden betwist, verwijten gemaakt, er wordt bruut gescholden. Heerlijk. En soms, heel soms, als hij een bal zo lekker raakt, is hij weer even twintig. Zo’n moment is meer waard dan drie dagen spierpijn.

Regelmatig vergeet hij een handdoek. Die jat hij dan van een keurig nette teamgenoot. Hij doucht als eerste, snel en kort, droogt zich ermee af en legt hem opgevouwen op exact dezelfde plek terug. Geamuseerd kijkt hij toe hoe een hygiënische Volendammer snuivend zijn vrouw de schuld geeft.'

Voetbalhumor

In bovenstaand fragment wordt Kramer eigenlijk in al zijn uiteenlopende facetten beschreven. Zijn verbetenheid, de wil om te winnen en vooral de kwajongen in hem die hij gelukkig nooit is kwijtgeraakt. Het boek zit vol anekdotes van voetbalhumor, zijn bizarre belevenissen op en naast het veld en natuurlijk hoe zijn voetbalcarrière door AVRO’S Sportpanorama geleidelijk overliep in een loopbaan op tv. In die wonderlijke carrière was niets gepland. "Hij deed maar wat, concludeert hij. Het toeval was hem vaak gunstig gezind en bracht hem altijd verder", schrijft Kooke.

Behalve een beschrijving van zijn vlucht voor smakgeluiden en de tegenspoed door het overlijden van een vriendin en zijn zus, is het boek daarmee vooral een mooi pleidooi om het toeval in het leven ruim baan te geven.