Vooral gemiste baromzet zorgde in 2020 voor minder inkomsten bij sportclubs

CBS: sportverenigingen hadden in 2020 6,3 procent minder inkomsten dan 2018

© Sjoerd Memelink / Shutterstock.com

Dat sportclubs in 2020 door coronamaatregelen minder inkomsten hadden, mag geen verrassing meer zijn. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft die inkomstendaling nu in cijfers uitgedrukt. In 2020 hadden sportverenigingen gezamenlijk ruim 1,1 miljard euro aan inkomsten, wat een daling van 6,3 procent betekende ten opzichte van 2018. Verenigingen met een kantine hebben dit vooral gemerkt, want de omzet lag daar 42 procent lager door de verplichte sluiting van horeca bij sportaccommodaties. De inkomsten uit contributies bleven daarentegen stabiel doordat het aantal leden ook nagenoeg gelijk bleef.

In deze nieuwe cijfers van het CBS over sportclubs is per sport een verschillend beeld te zien door verschillende ontwikkelingen. Zo wisten Hengelsportclubs en veldsportclubs (zoals hockey, honkbal en korfbal) opvallend genoeg meer inkomsten te behalen dan in 2018. Gestegen contributie was daarbij de voornaamste oorzaak, maar met name hengelsportclubs zagen met 22 procent meer leden een extra positieve ontwikkeling van de inkomsten (+ 48 procent). Bij de meeste sporten ging de balans de andere kant op. Bij buitensporten hebben verenigingen dat duidelijk gemerkt door minder kantineverkoop en bij binnensporten werden minder contributiegelden geïnd. Binnensportclubs werden geconfronteerd met een ledenaantal daling van 6 procent. In deze grafiek is het verschil tussen hengelsportsportclubs (+48 procent) en golfclubs (-13 procent) goed te zien:

Verschillende inkomstenbronnen

Het CBS heeft de inkomsten van sportclubs ook verder uitgesplitst. Contributie, les- en entreegelden vormen daarvan het grootste aandeel: 59 procent in 2020 (659 miljoen euro), dat lag 6 procent hoger dan twee jaar ervoor. Bij de inkomsten uit kantines en clubhuizen zijn grotere verschillen waar te nemen. Verenigingen hadden op deze post 159 miljoen euro aan inkomsten in 2020, wat 42 procent minder was dan in 2018. Het aandeel van de kantine-omzet was daardoor in twee jaar tijd ook aanzienlijk gedaald van 23 naar 14 procent. Deze inkomstenderving gold voor iets minder dan de helft van de verenigingen: 41 procent heeft een clubhuis of kantine.

Onder veldvoetbalclubs ligt het percentage van verenigingen met een clubhuis of kantine veel hoger: 93 procent. Voor voetbalclubs was in de In de periode 2000–2018 de kantine ook de belangrijkste bron van inkomsten. In 2020 draaide dit volledig om: 40 procent kwam uit contributie en 27 procent uit de baromzet.

Lagere lasten

Tegenover een daling van de inkomsten staat dat de uitgaven van sportverenigingen ook lager uitvielen. Deze daling van 8,1 procent werd ingegeven door lagere inkoopkosten van de kantine (60 miljoen euro minder) en lagere wedstrijd- en reiskosten (een besparing van 29 miljoen). De grootste kostenpost van sportverenigingen zijn de huisvestingskosten. De uitgaven aan huur, energie en water bleven ongeveer gelijk met 2018. Toch ziet het CBS daarin een verschil tussen sporten: de gezamenlijke huisvestingskosten van binnensporten daalden met 15 procent), terwijl die van buitensporten juist met 6 procent stegen (6 procent).

Minder inzet van vrijwilligers

Sportverenigingen in Nederland worden gekenmerkt door de inzet van vrijwilligers. Het aantal verenigingen dat gebruikmaakt van vrijwilligers is met 83 procent gelijk gebleven tussen 2018 en 2020. Het aantal arbeidsuren van vrijwilligers nam af tot ruim 1,8 miljoen uur in de referentieweek in september (-11 procent). Bij een 40-urige werkweek betekent dit dat er in de referentieweek in 2020 bij sportclubs ruim 46.700 voltijdsbanen werden vervuld door vrijwilligers. 19 procent van alle vrijwilligersinzet werd bij binnensportclubs zoals volleybal-, basketbal-en zwemclubs gerealiseerd.

Naast vrijwilligers hadden 11 procent van de clubs in 2020 ook personeel in loondienst. Ook die inzet nam in 2020 af: in 2020 werden er 3100 voltijdsbanen bij de diverse sportclubs vervuld, 9 procent minder dan in 2018.

Ga voor de volledige rapportage naar CBS.nl

Foto: Sjoerd Memelink / Shutterstock.com