Wat kun je doen als je merkt dat een jongere op de sportclub niet zo lekker in zijn vel zit? Wat zijn signalen? Welke vragen kun je stellen? Wat kun jij doen om te helpen? En wat kun je beter niet doen? Die vragen worden nu beantwoord met een laagdrempelige online tool: De Checkers. Met deze tool – samen met jongeren ontwikkeld – wil Stichting MIND Us supportfiguren zoals trainer-coaches op een sportvereniging handvatten geven om jongeren met beginnende mentale klachten te kunnen ondersteunen door een luisterend oor te bieden en de juiste vragen te stellen.
Stichting MIND Us zet zich in voor verbetering van de mentale gezondheid van jongeren in Nederland. MIND Us bundelt krachten, stimuleert vernieuwende initiatieven en geeft mentale problemen van jongeren de juiste aandacht. Samen met jongeren, beleidsmakers, gemeentes, ondernemers en wetenschappers creëert MIND Us een podium waar jongeren zich gezien en gehoord voelen. “We willen daarmee bereiken dat jongeren meer grip krijgen op hun mentale gezondheid, zich weer krachtig kunnen ontwikkelen en ook hulp weten te vinden wanneer dat nodig is”, zegt Kelly Commandeur, projectleider De Checkers bij MIND Us.
Ze benadrukt dat jongeren al vanaf de start nauw betrokken zijn bij MIND Us. “Vanaf het begin hebben we de belangrijkste leefwerelden van jongeren centraal gesteld. We richten ons op de plekken die bepalend zijn voor hun dagelijks leven en mentale welzijn: het onderwijs, de wijk, de vrijetijdssector en de online leefwereld.” In die sectoren wil MIND Us een verbindende en aanjagende rol spelen. “Wij kijken daarbij wat er al in het veld gebeurt en hoe wij die initiatieven kunnen versterken en/of aanjagen.” MIND Us werkt daarom altijd samen met allerlei partners uit het veld. In het geval van De Checkers zijn dat onder meer Scouting Nederland, Thrive Amsterdam, NLActief, SportCity en de Gemeente Utrecht. “De pedagogische basis van De Checkers is bovendien gelegd door de trainers die ook achter de 113-training zitten.”
Met De Checkers focust MIND Us zich op supportfiguren die in de leefgebieden van jongeren een belangrijke rol spelen. Dat kan een bijlesdocent zijn, een bestuurslid van een studievereniging of een trainer-coach op de sportclub. Uit onderzoek van Wikke van Stam van het Mulier Instituut kwam al naar voren dat (jeugd)trainers een grote invloed kunnen hebben op de mentale gezondheid van jonge sporters door de vertrouwensband die ze opbouwen met hun pupillen. Commandeur herkent het belang van die vertrouwensband in een breder perspectief bij jongeren. "Wij hebben aan jongeren gevraagd: met wie praat je het liefste over je mentale gezondheid? En daarin zag je heel erg dat jongeren vooral de wens hebben om te praten met volwassenen met wie ze al een vertrouwensband hebben. Dat kan een buurman zijn, een favoriete docent, een vrijwilliger of een sportcoach. Tegelijkertijd merken we dat veel volwassenen die rol van supportfiguur graag wíllen vervullen, maar zich daarin onzeker voelen. Ze zijn bang dat ze iets verkeerd doen of een jongere niet goed kunnen helpen bij zwaardere problemen – en blijven daardoor soms liever aan de zijlijn staan."
"Als coach kun je een jongere bijstaan in de fases in het leven die ze doormaken door even in te checken"
MIND Us wil die drempel graag wegnemen door meer volwassenen bewust te maken van de sleutelrol die zij kunnen spelen en hen vertrouwen geven. Zeker bij de preventie van mentale klachten, waar MIND Us zich op concentreert, kunnen volwassenen het verschil maken. Daarbij is het volgens Commandeur goed te beseffen dat jongeren niet altijd met de grootste problemen kampen. "Jongeren ervaren een breed scala aan mentale klachten – van prestatiedruk en eenzaamheid tot de invloed van sociale media en de impact van opeenvolgende maatschappelijke crises. En daarbij missen ze vaak steun en grip. Als coach kun je een jongere bijstaan in de fases in het leven die ze doormaken door even in te checken. Als je de juiste vragen stelt en een luisterend oor biedt, kun je jongeren al helpen."
Precies bij die vaardigheden voor een goed gesprek met jongeren, helpt De Checkers trainers en andere begeleiders goed op weg. De online tool bestaat uit drie modules van 15 minuten, die achter elkaar of los van elkaar doorlopen kunnen worden. Module 1 gaat om het herkennen van iemand die niet lekker in zijn vel zit. Daarbij komen de signalen aan bod waar je op kunt letten bij iemands gedrag of stemming. Module 2 gaat om hoe je een goede gesprekspartner bent voor een jongere. Daarbij leer je wat een jongere verstaat onder een goed gesprek en wat je daar wel en vooral niet voor moet doen. Zo is het van belang een mix te vinden tussen luisteren, open vragen te stellen en met mate eigen ervaringen te delen. Module 3 gaat over hoe je iemand verder kunt helpen op een manier die past bij jouw rol. Het is daarom belangrijk om je rol te kennen en ook je grenzen te bewaken door duidelijk en realistisch te zijn en alternatieven te bieden. In deze module wordt ook aangegeven hoe je iemand die er zelf niet uitkomt kunt doorverwijzen naar de juiste instanties. Denk daarbij aan Injebol.nl, de vindplek voor mentale gezondheid speciaal voor jongeren van 16 tot 27 jaar, de Kindertelefoon, 113 Zelfmoordpreventie of de huisarts.
"Hoe meer trainers we bereiken, hoe meer jongeren we kunnen ondersteunen"
De drie modules kun je achter elkaar doorlopen of apart en op een later moment nog eens herhalen. Om de tips en adviezen over bijvoorbeeld een goed gesprek of het doorverwijzen nog eens op te zoeken heeft MIND Us ook een handige snelwijzer gemaakt, waar de kern per module kort staat omschreven.
MIND Us ziet in de sportsector veel kansen voor De Checkers. Commandeur hoopt uiteraard dat zoveel mogelijk supportfiguren de laagdrempelige tool gaan doorlopen, maar ze hoopt vooral op een duurzame inbedding bij grotere organisaties zoals sportbonden. "Dan creëren we echt een olievlekwerking: hoe meer trainers we bereiken, hoe meer jongeren we kunnen ondersteunen."
Ga voor meer informatie en de modules naar: de checkers.
Foto boven artikel: lancering De Checkers met jongeren. Foto: Robin Utrecht.
Dit artikel verscheen eerder in SPORT Bestuur en Management (editie 2-2025)
Lees ook: