Sport lijkt irrelevant te midden van de oorlog, hongersnood en verwoesting in Gaza. De Palestijnen halen juist uit het organiseren van sportactiviteiten hoop voor hun kinderen. Iets meer dan een week na het staakt-het-vuren van 10 oktober in Gaza kwamen vertegenwoordigers van verschillende sportorganisaties bijeen in de Deir al-Balah Club in het zuiden van Gaza, om de wederopbouw van de sportinfrastructuur te bespreken. Sport Knowhow XL sprak met Nader Jayousi, technisch directeur van het Palestijns Olympisch Comité, over de steun van internationale federaties aan Palestina en het belang van sport.
"Het hoofdkwartier van het Palestijns Olympisch Comité in Gaza is verdwenen, volledig verwoest", vertelt Jayousi aan Sport Knowhow XL. Hij woont zelf op de Westelijke Jordaanoever. "In Gaza is ongeveer 97 procent van de sportfaciliteiten verwoest. Vrede is nog ver weg in Gaza. We hebben nog steeds dagelijks meer dan vijftig slachtoffers te betreuren. Het is erg belangrijk dat de mensen in Europa meer weten over wat er in Palestina en Gaza gebeurt."
Op het hoofdkantoor van de Deir al-Balah Club in Gaza, een van de weinige faciliteiten die niet volledig is verwoest, werd op 19 oktober een bijzondere bijeenkomst georganiseerd. "Meer dan vijftig functionarissen en vertegenwoordigers van het Palestijns Olympisch Comité, de Hoge Raad voor Jeugd en Sport en de voetbalbond bespraken de toekomst van de sport in Gaza. Het was enorm indrukwekkend. Het is nog steeds moeilijk om van het noorden van Gaza naar het zuiden te reizen, waar Deir al-Balah ligt. Het feit dat er desondanks meer dan vijftig mensen kwamen opdagen, toont de vastberadenheid van de Palestijnse bevolking om de sport in Gaza weer op te bouwen", zegt Jayousi.
Foto onder: een grote opkomst bij de bijeenkomst op de Deir al-Balah Club om over de toekomst van sport in Gaza te spreken.
Tijdens de oorlog werden al in de vluchtelingenkampen in het zuiden van Gaza wedstrijden georganiseerd. Jayousi vindt het belangrijk en hoopvol dat juist nu al wordt gesproken over een meer structurele wederopbouw van de sport in Gaza. "Terwijl er nog steeds mensen worden gedood en gebombardeerd in Gaza, organiseerden de mensen deze bijeenkomst. Mensen zeggen misschien dat er belangrijkere dingen zijn: hoe we onze mensen begraven, hoe we aan voedsel en schoon water komen, een dak boven het hoofd. Dat zijn de essentiële behoeften nu in Gaza. Als je het negatief bekijkt kun je je afvragen: waarom doen jullie dit? Het is nu geen tijd voor sport. Maar deze bijeenkomst laat zien dat we ons bewust zijn van het belang van sport. Het laat zien dat we onze kinderen niet zullen opgeven. We gaan ze helpen een nieuwe toekomst op te bouwen en we begrijpen dat we dat niet kunnen zonder sport. Als we sport opgeven, zou dat een eind maken aan de hoop die leeft in onze kinderen. Zolang we een kind in Gaza kunnen vertellen dat het ooit de vlag kan dragen bij een internationale wedstrijd en zijn stem kan laten horen, zijn we succesvol."
"Sport opgeven, zou het eind zijn van de hoop in onze kinderen"
Hij voelt in de Palestijnse gemeenschap veel steun voor de plannen. "Iedereen in Gaza wil het initiatief nemen, omdat iedereen begrijpt dat het opgeven van sport, een teken is van overgave aan de Israëlische bezetting, en belangrijker nog, een teken dat we onze eigen kinderen in de steek laten."
Ook vanuit internationale organisaties voelt Jayousi veel steun. "We kregen veel hulp van de internationale organisaties, maar ik denk niet dat dat het probleem is. Waar het om gaat, is dat we allemaal, alle organisaties, sport of niet, grondig moeten kijken naar wat er in Palestina is gebeurd. Voor Palestijnen is sport een boodschap van vrede, een boodschap van hoop, een bijdrage aan de gemeenschap en aan de samenleving. Dat is in lijn met het Olympisch Handvest. Iedereen die zich niet aan dat Olympisch Handvest houdt, moet worden uitgesloten van deelname. De positie van Israëlische atleten in internationale sportevenementen moet in dat licht worden heroverwogen."
Lees het hele interview op SportKnowHowXL.nl.
Op de foto boven artikel: Nader Jayousi.