Worstelen met kickboksen

In de afgelopen weken is de combinatie ‘doping’ en ‘kickboksen’ nogal in het nieuws geweest. De berichtgeving via televisie werd via sociale media uiteraard omstandig beoordeeld en bediscussieerd. De Dopingautoriteit heeft die discussies nauwgezet gevolgd, maar zich van elk commentaar onthouden, zoals wij ons in principe altijd onthouden van commentaar op zaken die wij nog in behandeling hebben. Maar inmiddels zijn we een heel stuk verder, en is het hoog tijd om enig licht in de duisternis te brengen.

Dat het kickboksen wel eens een dopingprobleem zou kunnen hebben, zal weinigen wellicht echt verrassen. En dat geldt ook voor ons: de Dopingautoriteit praat regelmatig met coaches, zaakwaarnemers en andere begeleiders en insiders uit het kickboksen, en wij weten ook via onze buitenlandse collega’s dat in het kickboksen regelmatig doping wordt gebruikt.

Kickboksen en doping

Werk aan de winkel dus voor de Dopingautoriteit, zou je zeggen. Maar zo simpel ligt het helaas niet. In bijna alle sporten (van voetbal tot schaken) gelden dezelfde mondiale dopingregels, en op basis van die regels kan de Dopingautoriteit dopingcontroles uitvoeren en kunnen tuchtcommissies bij dopingovertredingen straffen opleggen. Dit uitgangspunt geldt voor alle sporten binnen ‘de Olympische Beweging’. En dat zijn niet alleen olympische sporten (zoals voetbal), maar ook alle andere sporten die erkend zijn door het Internationaal Olympisch Comité (zoals schaken).

Maar juist het kickboksen is een uitzondering op de regel. Het kickboksen behoort namelijk niet tot 'de Olympische Beweging' en er is in het kickboksen geen overkoepelende internationale organisatie die de mondiale dopingregels heeft geaccepteerd. Dat betekent kort en simpel dat de Dopingautoriteit in deze sport geen dopingcontroles kan uitvoeren, en dat er ook geen aanknopingspunten zijn voor een voorlichtingsprogramma: zonder dopingregels en dopinglijst valt er immers weinig voor te lichten.

"Er kwam een duidelijke barst in onze relatie met Glory toen er vier nieuwe overtredingen werden geconstateerd"

Herman Ram

Glory en de Dopingautoriteit

Weten dat er een probleem is, maar niets kunnen doen was voor de Dopingautoriteit een bijzonder ongemakkelijke situatie, zeker als je bedenkt dat het kickboksen de laatste jaren enorm in populariteit is gestegen. Wij waren dan ook blij toen de grootste kickboks-organisatie die in Nederland actief is, Glory International, in 2017 vrijwillig een contract met ons wilde aangaan dat de Dopingautoriteit voor het eerst in staat stelde dopingcontroles uit te voeren in het kickboksen. Dat contract gaf ons de mogelijkheid om in heel Europa aan de slag te gaan bij wedstrijden van Glory, en het gaf Glory de mogelijkheid om het dopinggebruik in het kickboksen aan te pakken. In het contract werd de onafhankelijkheid van de Dopingautoriteit uitdrukkelijk vastgelegd: wij bepaalden welke vechters gecontroleerd werden, en wanneer, en dat geheel buiten Glory om. En alle regels van de Wereld Anti-Doping Code werden van toepassing op het kickboksen, inclusief de sancties (tot maximaal vier jaar bij een eerste overtreding) die daarin staan.

Zo gezegd, zo gedaan. En dat ging een hele tijd goed. Wij voerden de controles uit, en de vechters werkten voorbeeldig mee. Toen de eerste twee ‘positieve gevallen’ zich na enkele maanden aandienden, werden die geheel conform het contract afgehandeld. Het was Glory menens, de vechters werden bestraft volgens de regels van de Wereld Anti-Doping Code, en Glory hield zich aan alle afspraken, ook als het pijn deed. En dat is nog steeds een compliment waard.

Maar ook goede relaties zijn niet altijd tegen hoge druk bestand, en er kwam een duidelijke barst in onze relatie met Glory toen er vier nieuwe overtredingen werden geconstateerd. Daarmee kwam de teller op een totaal van zes ‘positieve gevallen’ te staan. Dit leidde tot een toenemende druk op Glory. Gevolg was uiteindelijk dat Glory het contract met de Dopingautoriteit opzegde.

Acceptatie van de Code

Hoe vervelend de conclusie ook is: dat er problemen ontstonden toen er zoveel overtredingen werden vastgesteld is - achteraf bezien - niet onlogisch voor een organisatie die zich pas recent en op vrijwillige basis had ingelaten met antidopingbeleid. Glory gaf aan door te willen op de ingeslagen weg, maar de sprong van geen enkele straf naar schorsingen van vier jaar bleek te groot.

Toen ik 13 jaar geleden met dit werk begon, was er bij een aantal reguliere sportbonden nog niet al teveel steun voor de mondiale dopingregels. Ik moest regelmatig in gesprek met bonden om het beleid toe te lichten. Soms kon de discussie hoog oplopen. Maar in de loop der jaren is het beleid steeds meer geaccepteerd. Dopingzaken zijn nooit leuk en kunnen een bond behoorlijk pijn doen, maar bonden kennen inmiddels hun verantwoordelijkheid en handelen de zaken conform het dopingreglement af. Al vraag ik me toch af wat er zou gebeuren in een bond die met hetzelfde percentage dopingovertredingen zou worden geconfronteerd als wij in het kickboksen hebben aangetroffen, en die een vrije keuze zou hebben met het dopingbeleid te stoppen.

"Het verschil tussen een reguliere sportbond en Glory is juist dat reguliere sportbonden zich niet kunnen onttrekken aan de mondiale dopingregels, terwijl Glory dat wel kan"

Herman Ram

Het essentiële verschil tussen een reguliere sportbond en Glory is juist dat reguliere sportbonden zich niet kunnen onttrekken aan de mondiale dopingregels, terwijl Glory dat wel kan. Glory was immers vrijwillig een contract aangegaan met de Dopingautoriteit, en contracten kunnen nu eenmaal worden opgezegd. Toen Glory dat deed, kwam daarmee een abrupt einde aan de uitvoering van dopingcontroles, en dreigden de vier vechters die nog ‘in procedure waren’ er zonder straf vanaf te komen.

Hoe nu verder?

Na de beëindiging van het contract door Glory stond de Dopingautoriteit voor een dilemma, en daar hebben we eerlijk gezegd behoorlijk mee geworsteld. De eenvoudigste weg was: ons verlies nemen, de handen helemaal aftrekken van het kickboksen, toekijken hoe de vier vechters die nog niet bestraft waren mogelijk de dans volledig zouden ontspringen, en accepteren dat dopinggebruik in het kickboksen feitelijk werd vrijgegeven. Een zuivere beslissing (er was immers geen contract meer), waarbij wij onze handen in onschuld hadden kunnen wassen. Maar wel een zeer onbevredigende uitkomst.

Na ampel beraad hebben we toch besloten water bij de principiële wijn doen. We wilden namelijk in ieder geval de lopende tuchtprocedures (laten) afhandelen, en onderzoeken of er nog een manier was om door te gaan met de uitvoering van dopingcontroles in het kickboksen. Dat laatste is niet gelukt (zie daarvoor verderop) maar het eerste wel, zij het met aanpassing van de van toepassing zijnde dopingregels.

Om de toepassing van een robuust sanctiesysteem te borgen, heeft de Dopingautoriteit aansluiting gezocht bij de dopingregels zoals die tot 1 januari 2015 golden voor alle sporten uit de ‘Olympische Beweging’, en zoals die tot op de dag van vandaag in de Verenigde Staten voor het kickboksen nog steeds gelden. We hebben ons bij het opstellen van de aangepaste dopingregels voor Glory dus enerzijds gebaseerd op de Wereld Anti-Doping zoals die tot 2015 wereldwijd gold, en anderzijds op een reeds bestaand en succesvol model zoals dat in de VS al een aantal jaar wordt gehanteerd door de UFC (de grootste kickboks-organisatie ter wereld) en onze zusterorganisatie USADA.

Daarmee kwam een tweede standaard tot stand naast die van de Wereld Anti-Doping Code, namelijk een set regels die voor het kickboksen geldt, en die ook voor andere sporten buiten ‘de Olympische Beweging’ een oplossing kan bieden. Regels die in principe vrijwel volledig gelijk zijn aan de regels die voor alle sporten gelden, maar waarbij de straffen voor bepaalde - maar zeker niet alle - overtredingen lager kunnen liggen dan in andere sporten. Voor de meeste overtredingen zijn de standaardstraffen nog steeds vier jaar schorsing, maar voor enkele overtredingen liggen die lager, namelijk op twee jaar.

Een compromis dus, maar wel een compromis waarbij zo min mogelijk afbreuk wordt gedaan aan de systematiek en inhoud van de mondiale dopingregels. Hierbij is overigens ook nog de mogelijkheid gecreëerd de eerder aan kickboksers opgelegde sancties te herzien, in het licht van het nieuwe dopingreglement.

Na vaststelling van dit tweede dopingreglement heeft de Dopingautoriteit geprobeerd in de vier lopende zaken alsnog tot afdoening te komen via het doen van sanctievoorstellen, en heeft Glory zich verplicht de sancties ook uit te voeren.

"Waar we niet in geslaagd zijn, is het vinden van een nieuwe basis om door te gaan met de uitvoering van dopingcontroles in het kickboksen"

Herman Ram

Ik kan niet ingaan op de individuele zaken, maar de gedane sanctievoorstellen hebben als uitgangspunt steeds de standaardstraf (voor deze overtredingen was dat twee jaar schorsing) genomen, met aftrek van een deel van de straf als er in de dossiers elementen zaten die reglementair (ook volgens de huidige Wereld Anti-Doping Code) erkend zijn als straf verlagende factoren. En omdat er grote verschillen zaten tussen de dossiers, zijn er ook zeer uiteenlopende sancties aangeboden. Drie van de vier vechters hebben inmiddels hun sanctie geaccepteerd, en de vechters die een schorsing hebben opgelegd gekregen zullen gedurende hun straf niet in wedstrijden van Glory kunnen uitkomen. Voor de Dopingautoriteit zijn daarmee deze drie dossiers gesloten. De vierde vechter heeft besloten naar de tuchtrechter te gaan.

En daarmee klaar?

Het feit dat de vechters die een positieve test hebben afgelegd niet ‘de dans ontsprongen zijn’, is naar onze mening een goede zaak. Het feit dat de zaken die al eerder zijn afgehandeld, kunnen worden herzien, is dat ook. Maar waar we niet in geslaagd zijn, is het vinden van een nieuwe basis om door te gaan met de uitvoering van dopingcontroles in het kickboksen. Want onze belangrijkste (en treurigste) conclusie luidt dat het uitvoeren van antidopingbeleid binnen vechtsportorganisaties op contractuele basis niet mogelijk is. Om stevig en structureel antidopingbeleid binnen de vechtsporten te realiseren, is een andere juridische structuur nodig. Maar het creëren daarvan valt buiten het bereik van de Dopingautoriteit.

Herman Ram

Herman Ram is voorzitter van de Dopingautoriteit.